Wat is een burn-out?

Een burn-out treedt op als je té lang de stress- en vermoeidheidssignalen van je lichaam hebt genegeerd. De chronische stress heeft zo veel van je lichaam gevraagd dat je volledig ‘opgebrand’ bent. Je energiepeil heeft het nulpunt bereikt, en ook je reserves zijn uitgeput. Je lichaam ‘verplicht’ je om rust te nemen.

Kenmerkend voor een burn-out is dat iemand minder of geen connectie meer heeft met hun lichaam en hun emoties. Ze leven vooral nog in hun hoofd. Door rust en ontspanningstechnieken kunnen zij opnieuw voeling krijgen met hun lichaam en emoties.

Burn-out lijkt een beetje een ziekte van deze tijd te zijn, maar gelukkig is het taboe al grotendeels doorbroken. De nieuwe welzijnswet (welzijn op het werk, 1996) erkent stress en burn-out als psychosociaal risico, waardoor werkgevers verplicht zijn om aan preventie te doen. Dit is een goede zaak en een stap vooruit. Dit is belangrijk voor mensen die met onbegrip te maken krijgen in hun omgeving en op het werk. Het zijn niet de ‘zwakke’ werknemers die in een burn-out geraken, maar net de meest geëngageerden met een groot plichtsbewustzijn en verantwoordelijkheidsgevoel. Zij gaan sneller hun grenzen overschrijden. Burn-out is vaak niet enkel werkgerelateerd maar een combinatie van privéomstandigheden, werkomstandigheden en individuele gedragspatronen.